2.1.0 Horogenese*

Studies van de genese van grenzen zijn, bij de studie van de vraag hoe een bepaald grondgebied deel gaat en blijft uitmaken van een staat, nog steeds van gewicht. De vraag waarom bepaalde grenzen wel en andere niet continue legitimiteit opleveren is met een verwijzing naar de verhouding tussen de betreffende regimes wel voor een belangrijk deel maar niet geheel bevredigend beantwoord“ 

Herman van der Wusten°

De vraag die hier gesteld wordt is: wie of wat heeft over de ligging van de grens beslist, in welke context, met welk oogmerk en met welke gevolgen?

Meestal wordt de grens beschouwd als de registratie van een tot stilstand gekomen historisch proces. Dat proces en ook het resultaat ervan, de grens, is het compromis tussen (vaak tegengestelde) factoren van historische, etnografische, geografische en/of economische aard. De complexiteit van de grensvorming kan samengevat worden als een op elkaar inspelen van regionale en universele krachten, van inwendige structuren en historische feiten die zich niet herhalen.

In de evolutie naar een (lineaire) grens kunnen drie fasen onderscheiden worden. De eerste is die der ‘grensruimte’ of ‘grensgebied’, d.w.z. een woestijn, gebergte, moeras, oerwoud of kustlijn. Die terreinhindernissen vormden eerst gemakkelijke grensafbakeningen tussen volksgroepen. Door de toename van de bevolking en de economische ontwikkeling ontstaat de tweede fase, die van de ‘grenszoom’ of ‘-strook: de zgn. frontier is hiervan een voorbeeld. De derde en laatste fase is die van de ‘grenslijn’ (‘boundary’).

Meer: 210_genese.pdf (78,5 kB)

Belangrijke publicaties

Franz (G.) o.r.v. Grenzbildende Faktoren in der Geschichte, Hannover, 1969; Frontières et contacts de civilisations. Colloque universitaire franco-suisse, Besançon-Neuchâtel, octobre 1977, Neuchâtel 1979: met veel aandacht voor de (Frans-)Zwitserse grens.

Lattimore (O.J.), Studies in Frontier history. Collected papers 1928-1958, London, 1962. Over de 'frontier'.

Linklater (A.), The fabric of America: how our borders and boundaries shaped the country and forged our national identity, New York, 2007. Weerlegt Jackson Turner’s beroemde frontier these door te stellen dat we niet bepaald worden door open ruimtes, maar door grenzen.

Recente publicaties

  Th. Nail, Theory of the Border, Oxford, 2016

Het boek ontwikkelt een grenstheorie aan de hand van de geschiedenis van de grens, door betere beschrijvingen dan voorheen te bieden van de voorwaarden, krachten en trajecten bij het ontstaan van grenzen, hun bestaan in het heden en een perspectief op hun beweging in de toekomst. De auteur, een filosoof, legt daarbij de nadruk op de grens als maatschappelijk verdelingsproces dat niet herleidbaar is tot staatsmacht en zeker niet tot een abstracte lijn. De grens gaat volgens hem immers de staat vooraf, historisch maar ook logsicherwijze want de technische begrenzing is nodig om überhaupt tot een staat te kunnen komen: maatschappeljke entiteiten, vnl. staten, zijn het resultaat van een ‘bordering process”. Gedaan dus met de geschiedenis van grenzen als de geschiedenis van staten te beschouwen, als abstracte, duidelijk afgelijnde grenzen. De grens ligt zich tussen de maatschappelijke entiteiten in (en maakt daar dus geen deel van uit!), is steeds in beweging, in een cumulerend proces van ‘bordering’ (ook: ‘herbestemming’) van de maatschappij en is niet herleidbaar tot ‘ruimte: het bevindt zich immers tussen sociale ruimten en staten (en tussen ruimtes is geen ruimte mogelijk). Dus: de maatschappij is eerst en vooral een product van grenzen. Die dixit Nail ‘kritische limologie’ formuleert een theorie van de grens als primair proces en niet als een afgeleid politiek proces. Hij doet dat aan de hand van vier fundamentele grenstechnieken of –technologieën, beantwoordend aan vier sociale types: territoriaal (het hek), politiek (de muur), juridisch (de cel) en economisch (de controlepost). De theorie is dus materialistisch: grenzen als concrete technieken en niet van ideeën of kennis die lossstaat van de sociale en materiële werkelijkheid. Het boek bestaat uit, naast een inleidende algemeen-theoretische schets, de ontwikkeling van de theorie (Border Kinopower), de beschrijving van de vermelde vier fundamentele technieken en ten slotte de toepassing van de theorie van de vier types op de grens tusen de Verenigde Staten en Mexico. De auteur trapt bij het uiteenzetten van de basis voor zijn theorie nogal wat open deuren in: door meer aandacht te vragen voor pre-negentiendeeeuwse grenzen; door bij de ontwikkeling van een genese-theorie de empirie aan te prijzen (en dus niet louter vanuit de theorie te werken) en door, zoals zovelen, enkel lippendienst te bewijzen aan de multidisciplinaire aanpak (maar het eenzijdig bibliografisch apparaat van de auteur bewijst het tegendeel). Ook de nadruk op de verdelende werking van de maatschappelijke stromingen (in plaats van de statische factoren) en het oog hebben voor alle soorten grenzen in het leven, is niet nieuw.

Global Frontiers (16th and 21st centuries): https://uni-tuebingen.de/de/96422, 2017. Een ‘winterschool’ aan de universiteit van Tübingen over het historische en hedendaagse frontier-paradigma.

Eger (A.A.), The Islamic-Byzantine frontier. Interaction and exchange among Muslim and Christiian communities, London – New York, 2017.

Betwist het concept van de frontier als een wildernis op de rand van de beschaving of een grens die twee entiteiten scheidt, aan de hand van het archeologisch en historisch onderzoek naar de grens tussen Byzantium en de Islamitische rijken tijdens de vroege Middeleeuwen. Hij stelt daartegenover het beeld van een zone waar twee groepen inter-ageerden en de plaatselijke voedselvoorziening de voornaamste ('ecologische') grensvormer was en de thurghur (de grens met een niet-moslimland) eerder een verbeelde (militair-religieuze) grens vormde.

 

Alle publicaties 210_genese_leeswijzer.pdf (122,4 kB)

 

* Dit neologisme werd voor het eerst gebruikt door Michel Foucher (in zijn Fronts et frontières uit 1988). Het verwijst naar enerzijds het ontstaan van dingen (de 'genese', van het oud-Grieks genesis) en anderzijds naar 'horos', de 'vore' die het oude Griekenland omgrensde: met 'horogenese' wordt (de studie van) het ontstaan van een grens bedoeld.

° H. Van der Wusten, Politieke geografie. Over grenzen, gekozenen, geopolitiek, in: B. De Pater & M. Smit (red.), Rondgang door de sociale geografie, Groningen, 1982, 104-105.